Bouwjaar 1928. Een dame op leeftijd maar in zeer goede conditie, met andere woorden, dit huis zal net als veel van haar soort genoten ook in 2050 nog een gewild object zijn. Als we de nog al eens gemakkelijk uitgesproken ambitie waar willen maken dat tegen die tijd de gebouwde omgeving grotendeels energieneutraal zal zijn, zou dat hier ook moeten lukken. “Energielabel woning 2-onder-1 kap” verder lezen
Angst voor spouwmuur isolatie
Toen ik bij vrienden mijn verbazing uitsprak dat ze wel in zonnestroom wilden gaan investeren maar hun spouwmuur nog niet geïsoleerd hadden, kreeg ik als antwoord: ‘spouwmuur isoleren: mij een te groot risico op vochtproblemen’. Omdat spouwmuur isolatie een bijzonder effectief middel is om energie te besparen en ik dit argument in korte tijd van diverse kanten te horen kreeg, reden om mij daar verder in te verdiepen. “Angst voor spouwmuur isolatie” verder lezen
De spouwmuur
Een spouwmuur bestaat uit een halfsteens buitenmuur van ca. 110 mm dikte, een halfsteens binnenmuur (bijvoorbeeld van kalkzandsteen), eveneens ca. 110 mm dik, met daartussen de spouw. De spouw had in het verleden een breedte van 50 á 60 mm. Momenteel wordt de spouw, bij nieuwbouw, breder gemaakt. Beide spouwbladen, zoals de muren genoemd worden, zijn onderling met een aantal spouwankers gekoppeld. De spouw behoort via openingen, bijvoorbeeld open stootvoegen, met de buitenlucht in verbinding te staan. We noemen de spouw dan ‘geventileerd’. “De spouwmuur” verder lezen
Energielabel voor rijwoning-tussen: een stapje moeilijker
Een woning met bouwjaar 1936. Voor mij als beginnend Energieprestatie adviseur al weer een stuk complexer! Direct in de software ook de ‘maatwerkmodule’ geactiveerd, omdat er interesse is om de energieprestatie van de woning (verder) te verbeteren. Complexer, omdat er in de loop van de tijd natuurlijk van alles aan het huis verbeterd, veranderd en verbouwd is. Als dat niet het geval was geweest dan is de opgave simpel: een G label of, zoals ik dat dan karakteriseer, hebben de bewoners een Hummer als huisdier. “Energielabel voor rijwoning-tussen: een stapje moeilijker” verder lezen
Energielabel G voor een vrijstaande woning
Gebouwd in 1969 en dus vanuit een periode dat het Nederlandse aardgas nog maar net ontdekt was. Eerder een tijd van een gevoel van energie overvloed dan dat we het idee hadden daar zuinig mee om te moeten gaan. De tijd van vóór de Club van Rome en de eerste oliecrisis. Dus geen eisen aan isolatie in de bouwvoorschriften en het stookhok nog buiten de thermische schil als onderdeel van de garage. Zoals we dat gewend waren uit de tijd dat de CV ketels met kolen of olie gestookt werden. Die ketel is inmiddels wel vervangen door een zuinige HR107 ketel, maar de slechts gedeeltelijk geïsoleerde aan- en afvoer lopen door de onverwarmde garage. “Energielabel G voor een vrijstaande woning” verder lezen
Energielabel C voor een ‘rijwoning-tussen’
De eerste klus na het behalen van de versierselen als EPA adviseur. Voorlopig, zolang het allemaal nog nieuw is, bij familie, vrienden of geïnteresseerde kennissen, die het niet erg vinden als ik ze meerdere keren lastig moet vallen voordat ik het dossier compleet heb. “Energielabel C voor een ‘rijwoning-tussen’” verder lezen
Wordt het ‘moestuin-gevoel’ rond zonnestroom aanjager voor opvoeren energieprestatie woningen?
In 2011 werden er evenveel zonnepanelen geïnstalleerd dan alle jaren daarvoor. In één jaar tijd verdubbelde daardoor de Nederlandse zonnestroomproductie. Mede veroorzaker: de enorme concurrentie vanuit China. Prijzen daalden hierdoor zover dat er sprake is van ‘netpariteit’. Netpariteit wil simpelweg zeggen dat de prijs van zonnestroom gelijk is aan de prijs per kWh die je aan de stoomleverancier moet betalen. In de praktijk is die nu zelfs lager. Er is dus geld te verdienen. Je moet daarbij wel bij bedenken dat van de circa 22 cent die je per kWh aan je stroomleverancier betaalt, er maar rond de 7 cent bij hen terecht komt voor de productiekosten.
Energielabel ‘Z’: op weg naar een huis als een (warme) jas
Door Maritza Witteveen, Villa Heibergen
Al jaren had ik de hoop ooit in, of in de buurt van Zeist een ruim huis met een ruime tuin te kunnen bewonen. Zeist, omdat dit grote ‘dorp’ met groen rondom mij past en ik niet ergens opnieuw wilde beginnen. Een ruimer huis passend bij een groeiend gezin en een ruimere tuin om meer buiten te kunnen leven en dieren zoals kippen, konijnen en een hond te kunnen herbergen.
“Energielabel ‘Z’: op weg naar een huis als een (warme) jas” verder lezen
Energie-labeling: kans voor de Power of Politics? Wie helpt de politiek aan een visie?
Je komt bedrogen uit als je verwacht dat je tijdens het grote Nederlandse energiedebat‘, mee kunt discussiëren over een onderwerp dat jou als burger dicht op de huid zit: ‘energiebesparing in de woonomgeving’ en waar relatief ook nog eens veel winst te behalen valt. Maar nee, tijdens het door FD/BNR georganiseerde energiedebat, onder de titel The Power of Politics, wordt er door de vier partijen in het debat, CDA, VVD, Groen Links en SP langdurig gekissebist over de CO2 uitstoot en het wel of niet subsidie verlenen voor duurzame energieopwekking. Paulus Jansen (SP) heeft als enige een “Energie-labeling: kans voor de Power of Politics? Wie helpt de politiek aan een visie?” verder lezen
Een Landhuis uit 1903: promotieproject voor een beginnend EPA adviseur. Op weg naar een huis als een (warme) jas
Ook al heb je de kwalificatie ‘EPA adviseur’ verworven, je dient jezelf als beginnend Energie Prestatieadviseur(EPA) bescheiden op te stellen. Dat blijkt al snel bij mijn eerste vingeroefening met de software om mijn eerste formele Energielabel af te melden. Voor dit label, een eengezins-tussenwoning, kreeg ik een aardige waslijst aan uit te voeren correcties teruggestuurd. Toen ik dus werd gevraagd advies te geven bij de renovatie van een woning uit 1903 heb ik daar, met redelijk wat ‘slagen om de arm’ positief op gereageerd. “Een Landhuis uit 1903: promotieproject voor een beginnend EPA adviseur. Op weg naar een huis als een (warme) jas” verder lezen