“De grootste opgave voor energiebesparing in de gebouwde omgeving ligt in de bestaande bouw. Gebleken is dat bewustzijn van de noodzaak tot het nemen van maatregelen start met inzicht in de energetische kwaliteit van de woning en de te nemen maatregelen. Het energielabel speelt hierin een essentiële rol. Juist bij verhuur en verkoop van de woning zijn verhuurders en kopers vaak bereid om tot het nemen van maatregelen over te gaan.”
“Naar mijn mening is het label pas effectief indien het breed wordt toegepast. Daarom streef ik ernaar maatregelen ter handhaving van het energielabel al eerder dan 1 januari 2013 in werking te laten treden.”
Dat staat te lezen in een brief aan de 2e kamer die minister Donner op 23 december 2010 uit liet gaan. Daarin wordt geconstateerd dat het tot op heden gevoerde beleid vooral in de koopsector niet tot invoering van het label leidt en dat er ook in andere sectoren van de bestaande bouw nog veel te verbeteren valt.
Zonder dat hier een aanzienlijk versnelling plaatsvindt in het duurzaam omgaan met energie zijn doelstellingen voor een energie neutrale, volgens sommigen zelfs netto energieleverende, bebouwde omgeving volslagen onrealistisch. Het huidige niveau aan nieuwbouw beslaat immers maar 1% op jaarbasis van de totale voorraad en daarvan is dan zelfs maar weer 0,25% vervanging.
De voorgestelde maatregelen zijn:
- Afgifte energielabel bij verkoop of oplevering van een gebouw.
- Afgifte van het energielabel bij verhuur van een gebouw.
- Zichtbaar ophangen van het energielabel in publieke gebouwen.
- Vermelden van de energielabelklasse in verkoop en verhuur advertenties.
Deze actie zal zeker bijdragen aan een groter maatschappelijk bewustzijn op dit gebied maar het is van groot belang dat het hier niet bij blijft. Subsidiëring en stimulering van het doelmatiger omgaan met energie in de bebouwde omgeving dient vanaf heden dan ook onder de zelfde noemer plaats te vinden. Te lang zijn burgers op het verkeerde been gezet doordat overheidscommunicatie in brede zin zich op het niveau afspeelde van de ledlamp, het zonnepaneel en het dubbele glas. Allen hoe nuttig ook hebben niet geleid tot een zelfde beweging als bij de wasmachine, de koelkast of de auto dat het energielabel een serieuze factor is geworden. Sterker nog hebben het inzicht in de weg gestaan over waar de grootste winst te behalen valt en ook niet geleid tot een beweging vanuit de markt tot een inzichtelijk aanbod voor ‘label upgrading’.
Toen ik de methode die professor David Mackay gebruikt in zijn boek “Sustainable energy- without hot air’, voor mijn eigen situatie gebruikte, door ook alles om te zetten in kWh/p/d, bleek tot mijn grote verrassing dat mijn gebruik van ‘kWh’ aan gas voor verwarming bijna 10x hoger is dan mijn totale elektriciteitsgebruik. Met andere woorden alles wat ik doe aan isolatie veel harder doortikt dan dat ik mijn huis voorzie van ledlampen. Dat zelfde geldt voor systemen waarmee ik mijn huis efficiënter van warmte voorzie, zoals bijvoorbeeld een warmtepomp, koud/warmte opslag etc., etc. Volop inzetten op bewustwording rond labeling, waarbij het Label natuurlijk wel een directe relatie moet krijgen met de energie efficiëntie van de woning, zou dan ook vanaf heden de ‘name of the game’ moeten zijn. Om teleurstelling te voorkomen moeten we ons wel bewust zijn dat er op dat gebied nog veel werk te doen is en in de voorlichting die slag om de arm gehouden zal moeten worden. Immers, de Vlaamse professor in de geotechniek De Beer had als fameuze uitspraak “een veiligheid coëfficiënt groter dan 3 is een onwetendheidscoëfficiënt”. Welnu, zei mijn Vlaamse vriend, deskundig op dit gebied, die waarden in die EPC’s verschillen soms wel 5 keer van het werkelijk verbruik…. Volop ruimte voor ontwikkeling. Kans voor Nederland?
2 antwoorden op “Wordt Labelling (EPC) the name of the game?”