Ik haak daarbij in op het principe van de Trias Energetica ooit door SenterNovem, nu onderdeel van het Agentschap NL, in Nederland geïntroduceerd en nu in de wereld van duurzaam omgaan met energie een bekend begrip. Deze staat voor de volgende wijze van kijken naar de energietransitie. Als eerste wordt dan gekeken naar het besparingspotentieel. Ten tweede naar de mate waarin duurzaam opgewekte energie aangewend kan worden en als laatste hoe het restant van de energiebehoefte ingevuld wordt door het zo efficiënt en schoon mogelijk gebruik van fossiel.
De eerste stap: beperk het energie gebruik
Besparing is een onderwerp dat in ogen van velen veel te weinig aandacht krijgt. Ad van Wijk, de voormalig topman van Ecoconcern en huidige hoogleraar Future Energy Systems aan de TU Delft, schreef daarover het aardige boekje ‘Hoe kook ik een ei’. Hij betrekt daarin de stelling dat we 98% van de hoeveelheid energie die we uit de grond winnen verspillen, en licht dat toe aan de hand van een aantal voorbeelden zoals het koken van een ei. Dat is, naar hij schrijft minder oubollig dan het klinkt, want per jaar consumeert de mensheid 1200 miljard eieren. Het lage rendement bij het koken van een ei is gemakkelijk voor te stellen als je weet hoeveel energie het kost om water aan de kook te krijgen om daarna na een paar minuten koken al die warmte door de gootsteen weg te laten lopen. Zo noemt hij verder een op fossiel aangedreven auto een kachel op wielen en werkt hij een voorbeeld uit van de deurbel die maar zo nu en dan belt, maar wel het gehele jaar via de transformator stroom gebruikt. Op Europees niveau toch goed voor 1 á 2% van het jaarlijks elektriciteitsgebruik in een huishouden resulterend in het continue draaiend houden van twee centrales van 600MW. Hij pleit dan ook voor een andersom benadering van het vraagstuk van onze toekomstige energievoorziening. Niet hoe bespaar ik nu binnen het huidige systeem. Dus hoe nuttig dat ook is, voer ik de efficiency van de elektriciteit centrale nog op van 60% naar 62% of rij ik straks 30 km per liter benzine in plaats van 20, maar hoe kan ik de functie die vervuld wordt slimmer oplossen.
Ernst von Weizsäcker die, naast veel andere functies, die van Dean van de Bren School of Enviromental Sience en Management aan de University of California bekleedde, schreef over het zelfde onderwerp het boek Factor Four en later, in 2009, samen met een aantal co-redacteuren een vervolg met als titel “Factor Five, Transforming the Global Economy trough 80% Improvements in Resource Productivity”. Iets minder ambitieus dan 98%, maar toch. Ook hij haalt vele treffende voorbeelden aan van de enorme besparingsmogelijkheden die er zijn ten opzichte van de wijze waarop we nu met onze energiedragers omspringen.
Iets dichter bij huis kunnen we met een investering die ligt tussen de 20 en 30.000 euro per woning onze totale Nederlandse woning voorraad opwaarderen naar een niveau dat zo ongeveer 80% van de in de woonsfeer gebruikte energie zal reduceren. Veel geld? Ja, maar behalve een besparing op energie levert ons dat ook veel wooncomfort dus warme voeten op. En bovendien als we toch aan het subsidiëren zijn, is het misschien wel zo verstandig het geld daarin te stoppen dan in de realisatie van windparken in het IJsselmeer voor de kust van Urk.
Eén antwoord op “Van inzicht naar doorzicht: het principe van de Trias Energetica”