Door Hans van der Ploeg (VBO Makelaar) – Minister Blok heeft vlak voor het kerstreces zijn plan voor een indicatief energielabel van een paar tientjes toegelicht. Verschillende organisaties zijn laaiend enthousiast en zien hun intensieve lobby geslaagd. Zij spreken over sterk vereenvoudigd, laagdrempelig en veel goedkoper. VBO Makelaar zet daar vraagtekens bij.
Eenvoudig?
Begin 2015 krijgt iedere woning een indicatief energielabel (energielabel ‘light’) op basis van het bouwjaar en enkele woningkenmerken zoals woonoppervlakte. Een jaren ’30 woning scoort een minder energielabel, ook al bent u zelf flink met piepschuim in de weer geweest. Maar niet getreurd, u kunt het label vervolgens ook zelf via internet aanpassen naar de gewenste klasse die u juist acht. Dit wordt dan het indicatieve formele energielabel, het energielabel ‘light-plus’. U moet dan de isolatie van vloer, dak en muren opgeven. Ook het type ramen en de verwarmingsinstallatie kunnen de boel upgraden. Een fluitje van een cent voor een stoere Hornbach-man of –vrouw. Maar voor degenen die niet met een duimstok in de hand zijn geboren, wellicht minder eenvoudig. Waar de makelaars moeten werken met NEN meetinstructies, gaat u straks de raamoppervlakten met een rolmaatje te lijf. Maar het wordt nog ‘simpeler’.
Goedkoper?
Als u vervolgens uw woning verkoopt, moet dat energielabel ‘light-plus’ wel door een afhankelijke deskundige op afstand worden beoordeeld, zodat het een formeel indicatief label wordt. Wie gaat dat betalen? Ik vrees dat we dan al de paar tientjes zijn gepasseerd. Wordt bij verkoop duidelijk dat het energielabel ‘light-plus’ ontbreekt, dan wacht u een boete van wellicht wel 390 euro. En dat is geen indicatieve boete, dat zijn keiharde centjes! Als de nieuwe eigenaar vervolgens een hogere hypotheek wil hebben omdat zijn energielasten lager (en zijn energielabel dus hoger) zijn, dan komt energielabel drie in beeld. Het derde energielabel is een energieprestatiecertificaat dat gekoppeld wordt aan financieel en/of fiscaal voordeel. Dit derde label moet worden opgenomen door een gecertificeerde EPA-adviseur, zoals een VBO-makelaar. De VBO-makelaar vindt energiebesparing belangrijk en neemt niet standaard een clausule in het koopcontract op waarmee de koper afziet van een label.
Laagdrempelig?
Er komen straks dus drie energielabels. U mag zelf kiezen. Daarnaast mag u zelf het indicatieve label bijsturen. Dat klinkt toch niet als sterk vereenvoudigd en als je alle kosten bij elkaar optelt, is alleen het energielabel ‘light’ goedkoop. Maar zodra je een label wilt dat iets voorstelt, dan moet de portemonnee toch echt open. Laagdrempelig dan? U moet beslissen welk van de drie labels wenselijk of noodzakelijk is. Vervolgens moet u een inschatting maken of het indicatieve label correct is of moet worden verbeterd via internet. Daarvoor moet u met het handboek ‘Energielabels voor dummies’, uw rolmaatje en prikstok zelf aan de slag. Dat is voor sommigen te doen, maar heeft u daar zin in? Tijd voor?
Er speelt nog iets. Woningen met een goed energielabel worden sneller verkocht en de verkoopprijs ligt hoger. Het is dus belangrijk om een goed scorend energielabel te hebben. Zodra het om de centjes gaat voor de belastingdienst of de banken, moet er van minister Blok professioneel naar het label worden gekeken. Maar als het om de verkoop of aankoop van uw huis gaat, moet u zelf wat aanrommelen. Een betrouwbaal label verschaft informatie over de toekomstige woonlasten en neemt een stukje onzekerheid bij de koper weg. Een minder betrouwbaar ‘light’ label zou de woningtransactie alleen maar ingewikkelder maken, kunnen vertragen en tot misverstanden en mogelijke misleiding leiden. Juist daar zit de woningmarkt niet op te wachten.
Bron: VBO Makelaar
Typisch Nederlands jaren zeuren over zo iets simpels. Gewoon verplicht stellen en de vraag zorgt dat de prijs voor een energielabel zal dalen.